Zes klim-zwaaitouwen (uittrekken tot de helft van de breedte van de zaal) met een knoop (schommel) van een aantal touwen.
Twee banken horizontaal aaneengesloten tegen kastdelen.
Kastdelen met deksel drie of vier hoger.
Twee banken aaneengesloten schuin tegen kastdelen.
Twee of drie matjes op elkaar.
Lange mat enigszins schuin.
een ringenstel op een halve meter rijkhoogte.
Kastdeksel.
Matje tussen de kastdeksel en de lange mat.
Kleuterklimraam schuin met een zwaaischommel aan de hoogste sport. De zwaaischommel is vrij aan de achterzijde.
Volgorde van leervoorstellen
Je mag overal spelen / werken op je eigen manier.
Werkafspraken als: Op de matjes mag maar een kind tegelijk, andere wachten bij de pylon, of gaan ergens anders…
Per mediaopstelling de ‘normale’ opdrachten zoals bij de verschillende schommelopstellingen. Je kunt natuurlijk altijd voor zetjes geven aan verschillende kinderen of groepjes, als neem nu eens de route via die kast naar dat matje… enz..
In tweetallen volgertje: kind twee volgt kind een en doet alles op precies dezelfde manier, zelfde techniek schommelen enz.
Groepering
Individuele en Vrije keuze van leerling waar te gaan binnen werkafspraken (zie onder leervoorstellen)
Verplichte keuze voor kinderen ‘Wie wil eerst bij…?; ‘wie wil bij… (per ‘station / kamertje / hoek / halte een beperkt aantal kinderen, die daar ook een tijdje moeten blijven spelend springen). Later opnieuw vragen:’Wie wil nu bij…?’
Meer kleine werkgroepjes door leerkracht bepaald die gedurende enige tijd bij een station / kamertje / hoek halte blijven spelen/springen. Roulatie na enige tijd.
Een klein door leerkracht bepaald werkgroepje op vaste plek bij station/kamertjelhoek bij leerkracht, overige leerlingen hebben vrije keuze waar spelend te springen. Na enige tijd nieuw vast werkgroepje kiezen.
Voorgeschreven route langs diverse hoeken net werkmogelijkheden.
Alle leerlingen tegelijk bij zelfde station/hoek/kamertje / halte
No comments