Beginsituatie
De kinderen zijn gewend dat ze werkjes ( bijv. tekening afmaken, lezen) in hun kastje hebben liggen voor een vrij moment. Dit moment kan in gepland zijn of voorkomen wanneer sommige kinderen klaar zijn met hun werk.
Lesdoel voor de kinderen
Een spel leren die ze toe kunnen voegen de werkjes die ze hebben liggen voor een eventueel vrij moment. Het spel vergt inzicht en het kunnen combineren van bepaalde gegevens.
Ook door de kinderen zelf kunnen uitleggen van een spel aan andere kinderen is een lesdoel.
Mijn lesdoel
Het aanleren van een spel en nu niet op een instruerende manier maar op een spelende manier met de kinderen omgaan.
Materiaal
- Werkbladen
- 6 verschillende kleuren stiften
- Een pen of potlood
Organisatie voor de les
- werkbladen kopiëren
- stiften klaarleggen
Inleiding van de les
Didactisch
Ik leg aan een groepje van 4 kinderen in het kort het spel uit. dit spel is gebaseerd op het bestaande spel “Master Mind”.
Uitleg van het spel:
Ik heb op mijn werkblad vier rondjes ingekleurd met de stiften die op tafel liggen. De kleuren kunnen meerdere keren voorkomen, het hoeft niet.
Nu moeten de (in dit geval) de vier tegenspelers de juiste combinatie proberen te raden door zelf te beginnen met op hun werkblad ook een kleurencombinatie te zetten. D.m.v. het zetten van een / (=is de kleur maar niet op de juiste plaats) of een x (= kleur op de juiste plaats) moeten zij iedere volgende ronde door te combineren van de kleuren met de hoeveelheden x en / tot de juiste combinatie komen. Degene die dit kan d.m.v. zo weinig mogelijk rondes is de winnaar.
Organisatorisch
Ik wil dit spel gaan spelen in een groepje van 4 kinderen. Ik wil deze kinderen gaan selecteren op mijn kijk op hun “vermogen” om dit spel aan andere klasgenoten uit te leggen. Dit doe ik in overleg met mijn mentor. Het is namelijk de bedoeling dat iedereen in de klas een keer dit spel gespeeld heeft, het zou mooi zijn als de uitleg steeds van kind tot kind gebeurt.
Ik speel dit spel eerst met de vier kinderen die ik geselecteerd heb. Het is dus eerst “ik tegen de vier kinderen”.
Duur van de inleiding: 10 minuten
Tweede lesfase
Didactisch
Als ze dit snappen mogen ze dit in tweetallen (wat ook de bedoeling van het spel is) gaan doen. Ieder kind moet een keer “zoeker naar de juiste combinatie” zijn. Dan pas kun je gaan kijken wie het snelst de juiste combinatie gevonden heeft.
organisatorisch
De kinderen zitten in tweetallen tegenover elkaar. Ik zit bij het groepje en kijk of ze het spel snappen.
duur van de tweede lesfase: 10 minuten.
Evaluatie
Ieder kind zoekt een nieuwe partner uit de klas. Hij of zij legt het spel uit aan de nieuwe speler en gaat het spel spelen. Er zitten nu dus acht tweetallen het spel te spelen. Ik kijk mee en zie zo of het spel aanspreekt bij de kinderen.
duur van de evaluatie: 10 minuten