Vijf op een rij

 

LESVOORBEREIDINGSFORMULIER.

 

 

Naam student: Ingrid Scheepers Donkers                                        Datum:  14 – 10 – ‘02

Naam mentor:  R. Swinkels                                                             Groep:    1/2

Naam school:   Sint Franciscus                                                         Aantal leerlingen: 13/ 6

 

 

 

Korte omschrijving van de opdracht: Opstarten van de werkles en introduceren van het speelleermateriaal ‘vijf op een rij’ in groep 2. Ik ga met de kinderen van groep 1 bekijken welke werkjes ze kunnen of nog moeten maken, en leg de kinderen van groep 2 uit dat ze met mij een nieuw speelleermateriaal gaan spelen.

 

Doelstellingen:

Zelf: Door middel van het werken met het speelleermateriaal ‘vijf op een rij’ de kinderen helpen met het krijgen van inzicht in volgorden en klanken (en hun plaats) binnen de kleuterwiskundige initiatie en taalkundige initiatie.

Leerlingen: Het kunnen benoemen en begrijpen van de klanken hun plaats (taal) en bij de wiskundige initiatie het benoemen van de goede volgorde.

 

Beginsituatie: Het speelleermateriaal is nieuw voor de kinderen en zal voor sommige gemakkelijker uit te voeren zijn dan voor anderen. De kinderen krijgen wel vaker allerlei speeloefeningetjes met betrekking tot klank en volgorde dus er zal wel herkenning zijn. De opdrachten moeten zover ik dat in kan schatten wel door alle kinderen van groep 2 gemaakt kunnen worden.

 

Inleiding: Ik zal samen met de kinderen van groep 2 aan een tafel gaan zitten met het speelleermateriaal, en ze vragen of iemand een idee heeft hoe het spel werkt. Na de meningen van de kinderen te hebben gehoord en uitgeprobeerd ga ik de daadwerkelijke uitleg geven en zien we zo welke overeenkomsten er zijn. De kinderen kunnen daarna met groepjes van 2 zelfstandig aan de slag. Ik zal dan observeren en daar waar nodig begeleiden.

 

Voorbereiding: Ik heb het materiaal met mijn mentor doorgenomen. Het toeval wil dat ik dit speelleermateriaal vorig jaar tijdens de module ‘Werken met materialen’ met mijn studiegroep heb geanalyseerd, dus ik ken het materiaal behoorlijk goed.

 

Organisatie: Het uitleggen van het spel gebeurd in een groepje, de kinderen van groep 2 zijn maar met z’n zessen. Als de uitleg begrepen is dan kunnen de kinderen in groepjes van twee de opdrachten gaan maken. Er zijn dus drie raamwerken met opdrachtenkaarten. De kinderen kunnen de opdracht zelf ‘nakijken’ omdat deze zelfcorrigerend is (als de opdracht goed gemaakt is ontstaat er op de achterkant een tekening). Als de kinderen met een opdracht klaar zijn kunnen ze die wisselen met een ander groepje. Als een groepje erg snel klaar is kan ik ze door wat vragen over de opdracht te stellen even bezig houden totdat ze kunnen wisselen.

 

Kern: De kinderen worden door mij zowel geleid (uitleg) als begeleid (zelfstandig werken).

 

Afsluiting/ verwerking/ evaluatie: Ik bespreek met de kinderen welke opdracht ze gemakkelijk of moeilijk vonden. Is er nog steeds een opdracht die ze moeilijk vinden? Die kunnen we nog eens samen maken, en de kinderen die het wel ‘snappen’ kunnen het de kinderen die het moeilijk vinden uitleggen.

 

Onderwijs-en leermiddelen./ documentatie/ materiaal: Speelleermateriaal ‘Vijf op een rij, wiskundige initiatie of taalkundige initiatie’.

 

 

 

 

Eigen evaluatie:

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Evaluatie van de mentor: