Wie is het?
Er gaat één kind naar buiten. Dan wordt er met de klas een persoon afgesproken.
Het kind komt terug de klas in. Deze mag vragen stellen aan de leerkracht die met ‘ja’ en
‘nee’ te beantwoorden zijn. Als het kind bijvoorbeeld vraagt of de persoon een bril op heeft
en het antwoord is nee dan moeten alle kinderen met een bril op hun tafel gaan liggen met
hun hoofd. Zo mag het kind vragen blijven stellen totdat hij de juiste persoon weet. Je kunt
er een wedstrijd van maken door zo op te schrijven of te onthouden wie met de minste
vragen de juiste persoon heeft gevonden.
Een andere manier om dit spel te spelen is om meerdere kinderen op de gang te zetten en
ze dan tegen elkaar laten spelen. Bijvoorbeeld door de klas op te delen. Of door om en om
vragen te laten stellen en de kinderen in de klas een op en neer spelletje te laten spelen. Als
bij het ene kind alle ‘brillen’ op de tafel liggen en bij het andere niet, moeten deze brillen bij
wissel van de vragende, weer omhoog gaan zitten. Er moeten dan wel 2 verschillende
personen worden gekozen.
Deze les is gemaakt door Jolanda Louwers.